Levensduurverlenging van de koe levert economisch en sociaal veel op
Productievere koeien door meer lactaties
“Een langere levensduur van de koe houdt meer in dan haar langer in de veestapel houden, het begint bij een goede en gezonde veestapel,” vervolgt Veldman. “Het gaat erom te ontdekken hoe u meer van uw koeien productiever kunt laten zijn.” De gemiddelde productieve levensduur van een melkkoe is momenteel in Nederland 2,5 lactaties bij een gemiddelde leeftijd van 4,8 jaar. Door betere routines, omstandigheden en beslissingen is het goed mogelijk om 3,5 lactaties of meer te halen.
Vruchtbaarheid is belangrijkste reden van onvrijwillige afvoer
Om productief te blijven moet een koe drachtig worden. Studies tonen aan dat er bij veel koeien sprake van anoestrus of ‘stille tochtigheid’ is. Veldman; “Deze koeien worden vaak gedwongen afgevoerd met de aantekening ‘vruchtbaarheidsproblemen’.” Wanneer de levensduur toeneemt door focus op een goede en gezonde veestapel dan neemt de gedwongen afvoer vanwege klauwgezondheid en uiergezondheid af, en stijgt zelfs het percentage afvoer vanwege vruchtbaarheid (Valacon, 2017). Koeien verlaten de groep echter niet vanwege ‘vruchtbaarheidsproblemen’ maar omdat de voortplanting niet goed wordt aangestuurd.
Voorkom een gemiddeld verlies van 3 euro per koe per dag
Succesvolle voortplanting betekent de juiste koeien op het juiste moment insemineren en daarbij drachtig krijgen. De beoogde optimale tussenkalftijd is 12 tot 13 maanden (365-395 dagen). In grote delen van de wereld is dit nog 16 tot 17 maanden. Met ieder dag dat de tussenkalftijd langer wordt, verliezen melkveehouders gemiddeld 3 euro per koe per dag.
“Het gaat om timing,” aldus Veldman. “Vruchtbaarheid management is niet alleen het juiste moment van inseminatie wanneer je weet dat de koe tochtig is, maar ook om te weten op welk moment gedurende de lactatie koeien in focus zijn – welke koeien aandacht nodig hebben en wanneer. En of de melkveehouder nu in de stal is, op de trekker of op kantoor aanwezig is, de melkveehouder moet kunnen identificeren welke koeien drachtig zouden moeten worden en welk niet. En indien de koe niet drachtig is op het juiste moment, welke redenen hier ten grondslag aan liggen.”
De focus moet komen te liggen op het voorkomen van gedwongen afvoer van koeien vanwege ‘vruchtbaarheidsproblemen’. Het is goed daarvoor hulpmiddelen in te zetten die helpen dergelijke beslissingen te nemen en de juiste koeien te observeren en te behandelen als er een probleem wordt waargenomen. Vaste protocollen kunnen u daarbij helpen om hier ook een systematische aanpak in te waarborgen.
Tochtigheidswaarneming
Tochtigheid kan gemiddeld in ongeveer de helft van de gevallen visueel worden waargenomen, en doormiddel van sensoren kunt u een paar extra ogen in de stal brengen. Echter stille tochten die u niet kunt waarnemen worden ook met sensoren op basis van beweging niet gedetecteerd. “Geavanceerde melkanalysetools kunnen alle tochtigheid met een nauwkeurigheid tot 99% vaststellen en u ruim van tevoren informeren over het optimale moment van inseminatie,” vult DeLaval solution manager Erik van der Meer aan. “Progresteronmeting in de melk geeft de meest snelle, nauwkeurige en volledige informatie rondom vruchtbaarheidsmanagement. Hiermee is het niet alleen mogelijk alle typen tocht te herkennen, maar ook afwijkende vruchtbaarheidscycli en wanneer u de koe op het juiste moment heeft geïnsemineerd zelfs nadien bevestigen of de koe dragend is.”